50 zinnen met ‘altijd’ — voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen en -zinnen met het woord altijd en andere woorden die daarvan zijn afgeleid.
• Genereer zinnen met kunstmatige intelligentie
Zij helpen altijd mensen in problemen.
Een goed persoon helpt altijd anderen.
In de winter is mijn neus altijd rood.
Mijn opa eet altijd pinda's met honing.
Zij is altijd verdrietig als het regent.
Ik vier altijd mijn verjaardag in april.
Zij groet altijd met een vrolijke hallo.
Vriendelijk zijn is altijd een goede daad.
Mijn grootmoeder maakte altijd yuccapuree.
Het avondgebed vulde haar altijd met vrede.
De taxistandplaats is 's nachts altijd vol.
De dienstmeid droeg altijd een witte schort.
Mijn moeder helpt me altijd met het huiswerk.
De stoofpot van mama is altijd erg smakelijk.
Optimisme verlicht altijd de weg naar succes.
Bijna altijd ontbijt ik met fruit en yoghurt.
Bewolkte dagen maakten haar altijd verdrietig.
Ik ben een echte uil, altijd 's nachts wakker.
Mijn bureau op kantoor is altijd erg opgeruimd.
Dat ondeugende kind komt altijd in de problemen.
Hij heeft een goed karakter en glimlacht altijd.
Zij handelt altijd met een nobel doel voor ogen.
Als vader zal ik altijd mijn kinderen begeleiden.
Haar haar is dik en ziet er altijd volumineus uit.
Ik zal mijn land altijd met genegenheid herinneren.
Marta drinkt altijd water voordat ze naar bed gaat.
We nemen altijd lucifers mee op onze kampeertochten.
De grootmoeder had altijd een kist vol herinneringen.
Hij is altijd beschikbaar om zijn vrienden te helpen.
Het watermeloensap verfrist me altijd op warme dagen.
Je weet dat ik altijd hier zal zijn om je te steunen.
Tante Clara vertelt ons altijd interessante verhalen.
In de savanne is de buffel altijd alert op roofdieren.
Ik voeg altijd spinazie toe aan mijn groene smoothies.
Het leven is heel goed. Ik ben altijd goed en gelukkig.
De jongens zijn erg ondeugend, ze maken altijd grappen.
De leraar is altijd bereid om zijn leerlingen te helpen.
Ik zal altijd daar zijn om mijn dierbaren te beschermen.
Ik neem altijd mijn eigen bat mee als ik pingpong speel.
De baas handelt altijd met integriteit en transparantie.
Hij is altijd een genereuze en vriendelijke man geweest.
Mijn kamer is erg netjes omdat ik die altijd schoonmaak.
Mijn kleine broer tekent altijd op de muren van ons huis.
Zijn prominente neus trok altijd de aandacht in de buurt.
Mijn oma voegde altijd limoen toe aan haar stoofschotels.
De beschermengel van mijn broer zal hem altijd beschermen.
De elf van het huis verstopt zich altijd als er bezoek is.
Ongeacht wat er gebeurt, er zal altijd een oplossing zijn.
Ik voel me altijd blij als ik salsa dans met mijn vrienden.
Ik wil mijn liefde en mijn leven voor altijd met jou delen.