50 zinnen met ‘die’ — voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen en -zinnen met het woord die en andere woorden die daarvan zijn afgeleid.
Korte definitie: die
1. Aanwijzend voornaamwoord dat verwijst naar iets of iemand die verder weg is.
2. Betrekkelijk voornaamwoord dat verwijst naar een eerder genoemd zelfstandig naamwoord.
• Genereer zinnen met kunstmatige intelligentie
Ik herinner me vaag die zomerdag.
Ze bouwden een huis op die heuvel.
De zee, die de aarde rimpelend kust!
Uilen zijn dieren die 's nachts jagen.
Gisteren deed ik een dutje in die stoel.
Waar heb je die bloes met bloemen gekocht?
Waar zijn de vogels die elke ochtend zingen?
Je kon een engel horen die op een wolk landde.
Mieren zijn insecten die in mierenhopen leven.
De naald die ik in de lade vond, was verroest.
Voedsel zijn stoffen die levende wezens voeden.
De haai is een roofvis die in de oceanen leeft.
Handel met vertrouwen bij elke stap die je zet.
Er was een haan die zong op de top van een boom.
Pinguïns zijn zeevogels die niet kunnen vliegen.
Het gebrek aan water in die regio is alarmerend.
De groente die ik het lekkerst vind is de wortel.
De atmosfeer is een laag gas die de aarde omhult.
Ze droeg een zwarte rok die tot haar knieën kwam.
Ik hou van de geur die het dennenhout verspreidt.
Hij kocht de jas, omdat die in de aanbieding was.
Ze dragen kleding uit die tijd in het toneelstuk.
De engelen zijn hemelse wezens die ons beschermen.
Juist in de stam van die boom is er een vogelnest.
De nijlpaard is een herbivoor die in Afrika leeft.
Er was eens een leeuw die zei dat hij wilde zingen.
Er is hoop voor degenen die een beter leven zoeken.
De bloem die in mijn tuin stond, verwelkte treurig.
Het huis was in puin. Er was niemand die het wilde.
Haaien zijn kraakbeendieren die geen botten hebben.
Het paard is een herbivoor die zich voedt met gras.
De muziek die uit zijn fluit komt is hypnotiserend.
De bries is een luchtstroom die zacht en fris waait.
De eieren die ik in de winkel heb gekocht zijn vers.
De lange man die je in het blauw zag, is mijn broer.
De berggeit is een herbivoor die in de bergen leeft.
Niemand verwachtte zo'n vreemde gebeurtenis die dag.
De tuin heeft een vierkante fontein die erg mooi is.
Jeans zijn een soort broek die heel gebruikelijk is.
De vlam die in de haard brandde, doofde langzaam uit.
Hij had een briljante gedachte die het project redde.
Plotseling voelde ik een koude lucht die me verraste.
Ik begrijp niet waarom je die lange weg hebt gekozen.
De trapezius is een spier die zich in de rug bevindt.
Er ligt een pop in mijn bed die elke nacht op me past.
Vissen zijn waterdieren die schubben en vinnen hebben.
De rok die ze droeg was erg kort en trok alle blikken.
De rook die uit de schoorsteen kwam, was wit en dicht.
De zeldzaamste edelsteen die ik vond, was een smaragd.
God, die de aarde, het water en de zon heeft geschapen,
Voorbeeldzinnen voor peuters, basisscholieren, middelbare scholieren of volwassenen op een hogeschool of universiteit.
Zinnen voor taalleerders: beginners, halfgevorderden en gevorderden.
Gebruik onze geavanceerde kunstmatige intelligentie gratis!
Voorbeelden van zinnen met vergelijkbare woorden