7 zinnen met «hut»
Voorbeeldzinnen en -zinnen met het woord hut en andere woorden die daarvan zijn afgeleid.
• « De rechten op het land werden destijds onderzocht door de Land Claims Commissioner, William Spain, maar nadat Maori een hut van een landmeter op de Wairau Plains tot de grond toe hadden afgebrand, besloten enkele kolonisten uit Nelson de zaak in eigen hand te nemen. »
• « Het echtpaar ging naar een nabijgelegen berghut en meldde hun ontdekking aan de Oostenrijker Markus Pirpamer, de eigenaar van de hut. »
• « De lelies en pioenrozen staan op het punt te bloeien," zei ik op een middag tegen Shirley, mijn vrouw. Het is tijd om de hut te openen. »
• « Voordat de jongste van mijn vier kinderen was geboren, stierf pa en nam ma de hut over. Ik ging ver weg wonen. »
• « Mijn broer en zijn gezin maakten ook niet veel gebruik van de hut, en mijn zus had zich, net als wij, met haar gezin elders gevestigd. »